Tijdelijk toegankelijk document uit PayRoll Kennisbank PRO

Loonstrook

Deze versie geldt vanaf 1 januari 2020

De werkgever is verplicht bij de eerste loonbetaling een loonstrook aan de werknemer te verstrekken. Ook bij iedere volgende loonbetaling die afwijkt van de vorige, moet een loonstrook worden verstrekt. Een aantal rubrieken van de loonstrook is wettelijk voorgeschreven.

De loonstrook mag ook digitaal worden verstrekt. Er moet dan wel aan twee voorwaarden zijn voldaan:

  • de loonstrook moet door de werknemer kunnen worden opgeslagen en moet later nog te lezen zijn, en
  • de werknemer moet er nadrukkelijk mee instemmen.

Het loonstrookje moet de volgende gegevens bevatten:

  • de naam van werkgever en werknemer;
  • de termijn waarop de uitbetaling betrekking heeft;
  • de overeengekomen arbeidsduur;
  • het bruto loonbedrag;
  • de bedragen waaruit het loon is samengesteld;
  • de bedragen die op het loon zijn ingehouden;
  • het bedrag van het loon waarop de werknemer op grond van de WML recht heeft;
  • of er sprake is van een oproepovereenkomst dan wel arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd (vanaf 2020).

Wanneer er zich ten opzichte van de voorgaande loonbetaling in geen van de genoemde bedragen een wijziging heeft voorgedaan, is de werkgever niet verplicht een nieuw loonstrookje te verstrekken. In de praktijk gebeurt het veelal wel.

Het loonstrookje bevat vaak ook gegevens die niet in de bovenstaande opsomming worden genoemd, zoals het actuele aantal vakantiedagen waarop de werknemer nog recht heeft, of het bedrag van de opgebouwde vakantiebijslag. Dit staat veelal vermeld onder het kopje 'cumulatieven'. Soms geeft de van toepassing zijnde cao op dit punt nogal wat verplichtingen.

Vanaf 2020 moet er ook op de loonstrook vermeld staan of er sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die schriftelijk is aangegaan, en of sprake is van een oproepovereenkomst.

Vanaf 2020 wordt de oproepovereenkomst gedefinieerd als de overeenkomst waarbij (artikel 7:628a lid 9 BW):

  • de omvang van de arbeid niet is vastgelegd als een vast aantal uren van ten hoogste een maand of ten hoogste een jaar waarbij het recht op loon gelijkmatig over het jaar is verspreid (jaarurennorm); of
  • de werknemer geen recht heeft op loon als hij niet gewerkt heeft.

Indien de uren zijn overeengekomen maar de tijdstippen waarop de arbeid wordt verricht niet vaststaan, is er geen sprake van een oproepovereenkomst.

Links in de kennisbank
Wet- en regelgeving
Artikel 2.4 Besluit Wfsv
Externe links
Bedrijfseigen documenten
Overige informatie
/prol/bkl/
Docnr: 23759