Tijdelijk toegankelijk document uit PayRoll Kennisbank PRO

Algemeen forfait (vrije ruimte)

Deze versie geldt vanaf 2020

Voordat daadwerkelijk eindheffing wordt berekend, is er eerst nog een vrije ruimte of algemeen forfait. Deze vrije ruimte bedraagt vanaf 2015 1,2% van de totale fiscale jaarloonsom van de inhoudingsplichtige. Dat is het totale loon uit kolom 14 van de loonstaten. Met ingang van 1 januari 2020 is de vrije ruimte iets verruimd. Daartoe zijn in de berekening van de vrije ruimte twee treden ingevoerd.

In de eerste trede (over de eerste € 400.000 fiscale loonsom bedroeg de vrije ruimte aanvankelijk 1,7%. In de tweede trede (fiscale loon boven € 400.000) bedroeg de vrije ruimte ongeveer 1,2%.

Voorbeeld
Werkgever X heeft in het kalenderjaar in totaliteit € 20.000 aan vergoedingen verstrekt waarvoor eindheffing geldt. Zijn totale fiscale loonsom bedraagt € 900.000. De vrije ruimte bedraagt in de eerste trede 1,7% van € 400.000 = € 6.800. Daar komt in de tweede trede 1,2% van (€ 900.000 - € 400.000) = € 6.000 bij. De totale vrije ruimte bedraagt daarom € 12.800. De werkgever dient eindheffing te berekenen over € 20.000 - € 12.800 = € 7.200.

Let op
Voor de kalenderjaren 2020 en 2021 is als coronamaatregel het algemeen forfait in de eerste trede eenmalig verhoogd tot 3%. Voor 2023 bedraagt het forfait voor de eerste trede opnieuw 3%, voor de tweede trede 1,18%. Het percentage van de eerste schijf van de vrije ruimte kan jaarlijks wijzigen.

Voor de vaststelling van het totale fiscale jaarloon mogen werkgevers uitgaan van het totaalbedrag van kolom 14, dat zowel loon uit tegenwoordige als loon uit vroegere dienstbetrekking bevat. Als het loon uit vroegere dienstbetrekking groter is dan 10% van het totale loon, moet het totale fiscale jaarloon te worden gezuiverd van het loon uit vroegere dienstbetrekking.

Banken of verzekeraars betalen loon uit vroegere dienstbetrekking als gevolg van een aanspraak die wordt uitbetaald aan werknemers van een ander. Het gaat hier om levenslooploon (t/m 2021) of verzekeringsuitkeringen. In deze gevallen moet het loon uit vroegere dienstbetrekking uit het totale loon van kolom 14 worden gezuiverd. Inhoudingsplichtigen zullen dat zo veel mogelijk voorkomen door er voor te kiezen het loon uit vroegere dienstbetrekking via een ander loonbelastingnummer uit te betalen.

Concernregeling

De berekening van de vrije ruimte en verschuldigde eindheffing geldt in beginsel per werkgever (inhoudingsplichtige). Als er echter sprake is van een concern, mag de eindheffing ook over het gehele concern worden berekend. In dat geval worden de fiscale loonsommen van alle concernonderdelen bij elkaar geteld. Vervolgens wordt vanuit dit totale loon de vrije ruimte berekend zoals hierboven aangegeven. De verruiming van de eerste schijf geldt in dit geval dus maar één keer en is daardoor niet altijd het gunstigst. Toepassing van deze concernregeling hoeft niet van tevoren te worden aangevraagd of aangekondigd. Als men voor de concernregeling kiest blijkt dat vanzelf uit de aangifte van de eindheffing of uit de salarisadministratie. De keuze hoeft pas gemaakt te worden op het moment waarop de eindheffing moet worden aangegeven. Er mag ieder kalenderjaar een nieuwe keuze gemaakt worden.

Voorbeeld
Het concern bestaat uit 2 werkgevers. De eerste is de in het voorbeeld hierboven weergegeven werkgever X. De tweede, werkgever Y heeft in het kalenderjaar een fiscale loonsom van € 600.000. Er isboven op de gerichte vrijstellingen nog € 5.000 aan vergoedingen en verstrekkingen als eindheffingsloon aangemerkt. De vrije ruimte voor deze werkgever bedraagt in de eerste trede 1,7% van € 400.000 = € 6.800. Daar komt in de tweede trede 1,2% van (€ 600.000 - € 400.000) = € 2.400 bij. De totale vrije ruimte bedraagt daarom € 9.200. De werkgever hoeft geen eindheffing te berekenen, maar heeft de vrije ruimte niet volledig benut.
Als het concern er voor kiest om de concernregeling toe te passen wordt uitgegaan van de totale fiscale loonsom van € 1.500.000. De vrije ruimte bedraagt in de eerste trede 1,7% van € 400.000 = € 6.800. Daar komt in de tweede trede 1,2% van (€ 1.500.000 - € 400.000) = € 13.200 bij. De totale vrije ruimte bedraagt daarom € 20.000. De werkgever dient eindheffing te berekenen over € 25.000 - € 20.000 = € 5.000. Dat is een voordelige keuze. De berekende eindheffing moet worden aangegeven bij het concernonderdeel met de grootste loonsom, in dit voorbeeld werkgever X.

Toepassing van de concernregeling geldt voor alle concernonderdelen die het gehele jaar van het concern deel hebben uitgemaakt. Concernonderdelen die slechts een deel van het jaar bij het concern hoorden blijven zelfstandig de eindheffing berekenen. Er is sprake van een concern als:

  • een werkgever (concernonderdeel) een belang van ten minste 95% in een andere werkgever (concernonderdeel) heeft
  • een andere werkgever (concernonderdeel) een belang van ten minste 95% in uw werkgever (concernonderdeel) heeft
  • een derde werkgever (concernonderdeel) een belang heeft van ten minste 95% in uw werkgever (concernonderdeel) en daarnaast een belang van ten minste 95% in een andere werkgever (concernonderdeel).

Stichtingen die financieel, organisatorisch en economisch zodanig met elkaar zijn verweven dat zij een eenheid vormen, komen ook in aanmerking voor de concernregeling. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:

  • De ene stichting heeft het recht om nieuwe bestuursleden van de andere stichting te benoemen, en
  • De ene stichting heeft recht op het vermogen van de andere stichting als die ophoudt te bestaan.
Links in de kennisbank
Externe links
Bedrijfseigen documenten
/prol/bkl/
Docnr: 31454