Tijdelijk toegankelijk document uit PayRoll Kennisbank PRO

LKV oudere werknemer en LKV arbeidsgehandicapte werknemer

Er is in de Wet tegemoetkomingen loondomein gedefinieerd wanneer een werkgever in aanmerking kan komen voor het LKV oudere werknemer. De werknemer is 56 jaar of ouder en had, in de maand voor hij in dienst kwam, recht op een van de volgende uitkeringen:

  • werkloosheidsuitkering (WW, IOW)
  • arbeidsongeschiktheidsuitkering (WAO, WIA, Wet Wajong, Waz, Wamil)
  • inkomensondersteuning Wet Wajong
  • bijstandsuitkering (Participatiewet, IOAW, IOAZ)
  • uitkeringen uit de EU, de EER of Zwitserland die hetzelfde doel hebben als de bovenstaande Nederlandse uitkeringen.

Een verschil met de vroegere premiekorting oudere werknemer is dat het LKV niet geldt voor degenen die voor aanvang van de dienstbetrekking recht hadden op een ANW-uitkering, een wachtgelduitkering of een uitkering Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (APPA-uitkering). Ook geldt het LKV niet als sprake is van overgang van onderneming omdat het hier geen indiensttreding betreft. Hiertegen is geageerd en inmiddels heeft de Centrale Raad van Beroep uitsluitsel gegeven en bepaald dat de doelgroepverklaring ook na overgang van onderneming geldig blijft. Op 23 april 2023 bevestigde een advocaat-generaal dit standpunt in zijn advies aan de Hoge Raad. Nu is het dus nog afwachten wat de Hoge Raad zelf oordeelt. Zet zekerheidshalve in de aangifte loonheffingen wel het vinkje aan voor het LKV om eventuele rechten niet mis te lopen. Klopt de voorlopige berekening in 2024 niet, maak dan tijdig bezwaar..

Als de plannen van het kabinet doorgaan, behoort deze discussie vanaf 1 januari 2026 tot het verleden. Het kabinet is immers van plan om het voor uitkeringsgerechtigden van 56 jaar en ouder, arbeidsgehandicapten en herplaatste arbeidsgehandicaptenmogelijk te maken om het LKV voor de resterende duur mee te nemen naar een nieuwe werkgever Nu stopt het LKV in deze situaties en kan er vaak geen nieuwe worden aangevraagd.

Het LKV voor oudere werknemers wordt overigens waarschijnlijk vanaf 2025 stapsgewijs afgeschaft. Dit is in een Kamerbrief aangekondigd, maar moet nog in een wetsvoorstel worden opgenomen. De Tweede en Eerste Kamer moeten hier dan daarna nog over beslissen. Hoe de stapsgewijze afbouw plaatsvindt, is afhankelijk van het moment waarop voor het eerst recht bestaat op het LKV.

  • Is de dienstbetrekking waarvoor recht bestaat op het LKV oudere werknemers gestart vóór 1 januari 2024, dan blijft gewoon drie jaar lang recht bestaan op € 3,05 per verloond uur. In dit geval kan, als de drie jaar nog niet verstreken zijn, ook in 2026 nog recht bestaan op het LKV.
  • Start de dienstbetrekking waarvoor recht bestaat op het LKV oudere werknemer vanaf 1 januari 2024, dan bestaat in 2024 recht op € 3,05 per verloond uur en in 2025 op € 1,35 per verloond uur. Vanaf 2026 bestaat dan geen recht meer op het LKV oudere werknemer.

Start de dienstbetrekking van uw oudere werknemer in 2024 of later, dan is het raadzaam na te gaan of er wellicht ook voor de werknemer recht bestaat op het LKV arbeidsgehandicapte werknemer, omdat hiervoor nog geen wijzigingen zijn aangekondigd. Dit LKV bedraagt ook € 3,05 per verloond uur, met een maximum van € 6.000. Als u een beroep op het LKV arbeidsgehandicapte werknemer kunt doen, wordt u niet geraakt door de voorgenomen afbouw van het LKV oudere werknemer. Om in aanmerking te komen voor het LKV arbeidsgehandicapte had de werknemer, in de maand voor hij in dienst kwam, recht op:

  • een WIA-uitkering of op een uitkering uit de EU, de EER of Zwitserland die hetzelfde doel heeft als de WIA-uitkering.
  • Het UWV heeft in een arbeidskundig onderzoek het volgende vastgesteld:
    • De werknemer was op de 1e dag na afloop van de wachttijd van de WIA (of van het tijdvak van de verlengde loondoorbetalingsverplichting) voor minder dan 35% arbeidsongeschikt.
    • De werknemer was elf weken voor het einde van de wachttijd van de WIA (of van het tijdvak van de verlengde loondoorbetalingsverplichting) nog in dienst bij dezelfde werkgever die hij had toen hij ziek werd.
    • De werknemer was op de 1e dag na afloop van de wachttijd van de WIA (of van het tijdvak van de verlengde loondoorbetalingsverplichting) niet in staat eigen of passend werk te doen bij de werkgever bij wie hij zich ziek gemeld had.
    • De werknemer treedt in dienst binnen 5 jaar na de dag waarop de wachttijd (of het tijdvak van de verlengde loondoorbetalingsverplichting) is geëindigd.

Het LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer is van toepassing op de werknemer die, nadat recht bestond op een WIA-uitkering, weer geheel of gedeeltelijk zijn eigen functie of een andere functie bij de eigen werkgever is hervat.

Let op!
Als de werknemer voor de eerste WIA-dag het werk in zijn huidige of nieuwe functie geheel of gedeeltelijk heeft hervat (bijvoorbeeld als onderdeel van de re-integratie) wordt aan deze voorwaarde niet voldaan. Er bestaat in dat geval geen recht op deze tegemoetkoming. Het is echter de bedoeling de voorwaarden van het LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer per 2026 aan te passen, zodat werkgevers vaker recht hebben op dit loonkostenvoordeel.

Links in de kennisbank
Wet- en regelgeving
Externe links
Bedrijfseigen documenten
Overige informatie
/prol/bkl/
Docnr: 206748