Tijdelijk toegankelijk document uit PayRoll Kennisbank PRO

Loon in natura

(Deze versie geldt vanaf 2020)

Loon in natura komt veel voor. Het is loon, niet in geld maar in de vorm van goederen of diensten. Voorbeelden van loon in natura zijn verstrekkingen of terbeschikkingstellingen door de werkgever van een computer, een fiets, een auto, een opleiding, bedrijfsfitness, gratis wonen in een woning van de werkgever en het kerstpakket.

Loon in natura is een voordeel uit de dienstbetrekking, waarover loonheffingen moeten worden berekend. Voor deze berekening moeten deze goederen en diensten op geld worden gewaardeerd. Het is nou eenmaal niet mogelijk om een percentage van een computer aan de Belastingdienst af te dragen als loonheffingen, wel een percentage van de waarde van de computer. Daarbij geldt als hoofdregel dat de beloningen in natura worden gewaardeerd op het bedrag van de inkoopfactuur inclusief BTW.

Voorbeeld 1
Een werkgever verstrekt aan zijn werknemer een TV. De TV is aangeschaft bij een naburige elektronicawinkel voor een bedrag van € 869,95 inclusief afstandsbediening en BTW. Het factuurbedrag van € 869,95 wordt als loon aangemerkt.

Als het gaat om de verstrekking of terbeschikkingstelling van een product uit eigen bedrijf dan is er geen inkoopfactuur. In dat geval moet in beginsel worden uitgegaan van de waarde in het economisch verkeer. Dat is de gebruikelijke verkoopwaarde inclusief BTW. Als de werknemer personeelskorting geniet, korting die alleen de werknemer krijgt op een product van de werkgever, is er voor die korting sprake van een gerichte vrijstelling. Die is echter aan strikte voorwaarden verbonden. Dit geldt overigens ook voor de verstrekking of terbeschikkingstelling van een product van een verbonden vennootschap.

Voorbeeld 2
Stel dat de werkgever uit voorbeeld 1 een televisie-importeur is en de TV uit eigen voorraad verstrekt, dan is er in dat geval geen factuur. De interne waarde van de TV is waarschijnlijk aanmerkelijk lager. De verkoopwaarde van de TV blijft echter in beginsel € 869,95. Wellicht kan werkgever een leverancier vinden, die de TV goedkoper zou kunnen leveren. In dat geval mag van die lagere verkoopwaarde worden uitgegaan. De werkgever moet die lagere verkoopwaarde wel aannemelijk kunnen maken. De personeelskorting die de werknemer geniet, kan tot 20% van de waarde (tot maximaal € 500 korting per jaar) gericht vrijgesteld worden als de werkgever voor dit deel gebruik maakt van de werkkostenregeling. Het restant van de waardering na aftrek van de personeelskorting komt in de vrije ruimte.

Voor sommige beloningen in natura gelden afwijkende waarderingsregels. Zo werd de terbeschikkingstelling van een openbaarvervoerkaart of een voordeelurenkaart, die mede zakelijk wordt gebruikt, tot en met 2023 op nihil gewaardeerd. Let op: dit gold alleen voor de terbeschikkingstelling van een dergelijke kaart. Terbeschikkingstelling betekent dat de werkgever eigenaar van de kaart bleef. Vanaf 2024 geldter voor de verstrekking, vergoeding of terbeschikkingstelling van een OV kaarten een gerichte vrijstelling. In het onderdeel over de gerichte vrijstellingen komt de OV kaart aan de orde.

Voor de waardering van maaltijden in de bedrijfskantine, kinderopvang op de werkplek en huisvesting van een werknemer gelden speciale normbedragen. Die normbedragen worden jaarlijks vastgesteld. Over normwaarderingen leest u later meer.

Het waarderingsbedrag wordt voor de berekening van de loonheffingen als loon aangemerkt. We noemen dit ook wel fiscale bijtelling. Het bedrag van de fiscale bijtelling kan naar keuze van de werkgever ook in de vrije ruimte worden opgenomen. Als het als loon van de werknemer wordt aangemerkt, is er weer sprake van loon voor alle loonheffingen.

Voorbeeld 3
In voorbeeld 2 is er in beginsel voor gekozen de beloning in de werkkostenregeling onder te brengen. Alleen in dat geval geldt namelijk een gerichte vrijstelling voor de personeelskorting. Als de gehele beloning tot het individuele loon zou worden gerekend, zou de gerichte vrijstelling niet gelden. Dan zou dus de totale waarde belast zijn. Om alleen het bovenmatige deel tot het individuele loon te rekenen, moet de TV deels in de werkkostenregeling worden opgenomen, en wel voor het deel van de gerichte vrijstelling, dus € 173,99. Over dat deel wordt dus geen loonheffing berekend bij de werknemer. Het andere deel, € 695,96, wordt tot het individuele loon van de werknemer gerekend. Over dit deel betaalt de werknemer dan de loonheffing en de werkgever de premies werknemersverzekeringen en de bijdrage zorgverzekeringswet.

Eigen bijdragen die een werknemer betaalt voor loon in natura worden van de waarde van de bijtelling afgetrokken. Als een werknemer bijvoorbeeld voor de maaltijd zelf € 2 bijdraagt, vermindert dat de waarde van de fiscale bijtelling. De uiteindelijke waarde wordt echter nooit kleiner dan nul. Draagt een werknemer meer bij dan de waarde van de bijtelling, dan vindt er in beginsel geen negatieve bijtelling plaats. Als een beloning in natura collectief ten laste van de vrije ruimte wordt gebracht, mag ook de eigen bijdrage collectief worden berekend.

Voorbeeld 4
Stel dat de werknemer in de bovenbedoelde voorbeelden € 200,00 zelf bijdraagt aan de TV. Deze eigen bijdrage moet wel worden ingehouden op zijn netto loon. In dat geval wordt de bijtelling € 495,96. Dat is het bedrag dat in de vrije ruimte wordt opgenomen, dan wel tot het individuele loon van de werknemer wordt gerekend. Stel, dat de werknemer € 700,00 zelf bijdraagt aan de TV. In dat geval rest er geen(negatieve)bijtelling. De eigen bijdrage heeft geen gevolgen voor degerichte vrijstelling van de personeelskorting.

Links in de kennisbank
Wet- en regelgeving
Loon in natura (wet Lb)
Externe links
Bedrijfseigen documenten
/prol/bkl/
Docnr: 23696